Alle ervaringsverhalen

Linda
Brand


Ondersteunend medewerker wonen

Linda Brand maakte tijdens haar stages al kennis met verschillende afdelingen van Zuidwester in Spijkenisse. Na haar afstuderen kon ze aan de slag als ondersteunend medewerker wonen op een groep cliënten die een ernstig meervoudige beperking hebben. “Het zijn geweldige cliënten waar je veel meer mee kunt bereiken dan we soms denken.” Linda neemt ons mee tijdens haar werkdag.

Start van mijn dienst
"Mijn dienst begint om zeven uur, maar ik ben altijd iets vroeger voor de overdracht van de nachtdienst. Als ik ben bijgepraat, begin ik met de medicatie voor de cliënten. Om tien voor half acht haal ik mijn eerste cliënt uit bed. Mijn collega is dan al begonnen in de doucheruimte. In deze woning wonen negen cliënten, van wie er zeven in een rolstoel zitten en op de douchebrancard gewassen worden. Het is dus flink doorwerken, want om half tien moet iedereen klaar zijn om naar de dagbesteding te vertrekken."

10.00 uur rustmomentje

“Alle cliënten zijn naar de dagbesteding vertrokken. Tijdens de ochtenddienst is dit ons rustmoment en nemen we de bijzonderheden van de ochtend door. We hadden vandaag een relatief rustige ochtend zonder epileptische aanvallen of andere onverwachte problemen. Je probeert de ochtend met zo min mogelijk stress te laten verlopen en ondanks de drukte toch persoonlijke aandacht te geven aan de cliënten. Ik vertel altijd wat ik doe en betrek ze erbij, zo laat ik hen bijvoorbeeld het doucheschuim ruiken, zodat de bewoners zich ervan bewust zijn wat we aan het doen zijn.”

 

 

"Er is echt meer te bereiken met cliënten met een ernstig meervoudige beperking."

Blijven dromen
“Ons bakkie is op. Tijd dus om de bende in de badkamer op te ruimen. De ochtenddienst is altijd hectisch, maar daar gaat verandering in komen. Onze manager daagt ons uit te blijven dromen. Dat doen we dan ook. We merken bijvoorbeeld dat we de bewoners geen plezier doen met het gehaaste dagritme. Daarom zijn we in overleg met de dagbesteding om dagactiviteiten in de eigen woning aan te bieden. Daardoor hebben we ’s ochtends meer tijd voor de cliënten.”

Mijn dienst zit erop
“Eigenlijk zit mijn dienst erop, maar ik red het bijna nooit om precies om elf uur klaar te zijn. Thuis doe ik meestal ook nog wat werk. Ik maak bijvoorbeeld de nieuwsbrief, waarmee we ouders en families op de hoogte houden. Ik kan begrijpen dat andere mensen dat niet doen. Thuis is thuis. Maar als ik hier ben, wil ik er echt voor de cliënten zijn. Het is al zo moeilijk om een moment te vinden om één op één aandacht te geven aan de bewoners. Dat probeer ik meestal in de avonddienst te doen met bewegingspelletjes of ik creëer een snoezelmoment met lampjes en een muziekje. Door activiteiten te doen met de cliënten, zie ik steeds weer nieuw gedrag. Er is echt meer te bereiken met cliënten met een ernstig meervoudige beperking. Laatst liet één van de bewoners zich uit zijn rolstoel glijden en ging tijgerend door de gang. Dat vind ik geweldig. Onze bewoners zijn ook gewoon nieuwsgierig en willen ontdekken. Tijdens mijn opleiding was er weinig tot geen aandacht voor deze doelgroep. Als het aan mij ligt, komt daar verandering in, want het is een geweldige groep om mee te werken.”